Fruit de ui en de pastinaken in olijfolie met een snuifje zout, minstens 10 minuten, op een matig vuur.
Verwarm de oven voor tot 200 °C voor de broodkorstjes. Giet op een bakplaat een scheut olijfolie en strooi er wat peper en zout op. Schep er de stukjes brood op en haal ze met je handen door elkaar, zodat de olie verspreid raakt over de stukjes (maar ze moeten er niet van doordrongen raken – dat zou te veel olie zijn). Spreid de stukjes uit over de bakplaat en zet ze in de oven tot ze beginnen te bruinen. Idealiter zijn ze aan de buitenkant krokant, maar binnenin nog wat elastisch. Haal ze uit de oven en laat ze afkoelen. Proef een korstje: smaakt het hartig genoeg? Voeg eventueel nog peper en/of zout toe.
Voeg de bouillon toe aan de pastinaken en laat alles minstens 10 minuten sudderen, tot de pastinaken door en door gaar zijn.
Voeg de erwten toe, breng de soep opnieuw aan de kook en laat haar nog eens 5 minuten sudderen. Indien nodig kun je de dikte van de soep bijsturen: wat aanlengen met bouillon of wat verder inkoken.
Mix de soep. Check de smaken. Serveer met de korstjes.
