ProVeg nieuws
Oproep aan nieuw kabinet: maak Nederland koploper eiwittransitie
June 3, 2021
In het nieuwe regeerakkoord moet een expliciete ambitie worden opgenomen om Nederland koploper te maken in plantaardige en gekweekte eiwitten. Daartoe roepen ProVeg en 17 maatschappelijke organisaties en bedrijven, waaronder Vivera, LIVEKINDLY Collective en Mosa Meat, de formerende partijen op in een brief aan informateur Mariëtte Hamer.
De nieuwe voedseleconomie, gevormd door plantaardige en celgekweekte alternatieven voor dierlijke producten, biedt volgens de briefschrijvers veel kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven en de werkgelegenheid. ING verwacht dat de Europese plantaardige markt in 2025 een omvang van 7,5 miljard euro zal bereiken, dat is bijna een verdubbeling tijdens de komende regeerperiode. Een groot deel van deze markt bevindt zich in Nederland, met per hoofd van de bevolking de hoogste consumptie van plantaardige vervangers in heel Europa, en bij onze directe buurlanden Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.
Veerle Vrindts, directeur van ProVeg Nederland: ‘De plantaardige sector is nu al één van de snelst groeiende duurzame sectoren en zal in de komende decennia nog veel verder groeien. Ook gekweekte alternatieven voor dierlijke producten zullen de komende jaren ons voedselsysteem betreden en een steeds grotere plek opeisen. Nederland heeft de infrastructuur en de knowhow in huis om hier internationaal een hoofdrol in te spelen.’
“De grootschalige investeringen om de economie weer op gang te helpen moeten gebruikt worden om een beter voedselsysteem te bouwen – niet om het oude te bestendigen.”
Veerle Vrindts, CEO van ProVeg Nederland
Heropbouw na crisis
De opkomende markt biedt ook nieuw perspectief voor de heropbouw van onze economie na de coronacrisis en de crisis in de landbouwsector. Vrindts: ‘Het motto moet zijn: building back better. Het is essentieel dat de grootschalige investeringen die het nieuwe kabinet zal doen om de economie weer op gang te helpen worden gebruikt om een nieuw en beter voedselsysteem te bouwen. Niet om het oude, op dierlijke eiwitten gebaseerde systeem te bestendigen, waarin de boer klem zit tussen hoge schulden, afhankelijkheid en de vastgelopen stikstofdiscussie. De overheid moet de boer de hand reiken en helpen deel te worden van de transitie naar duurzame plantaardige en gekweekte eiwitten.’
Vergelijking met energietransitie
De voedseltransitie heeft volgens de briefschrijvers dezelfde instrumenten nodig als de energietransitie: enerzijds heffingen op wat je om maatschappelijke redenen wilt verlagen (o.a. overconsumptie dierlijke eiwitten), anderzijds subsidies op wat je wilt stimuleren (plantaardige eiwitten). Op dit moment is het nog andersom: het merendeel van de publieke geldstromen gaat naar het in stand houden van dierlijke sectoren en het vergoeden van de schade die deze veroorzaken op het gebied van gezondheid en milieu.
Daarom worden de volgende concrete maatregelen voorgesteld:
- Verken met banken en financierders hoe zij de omslag naar een nieuwe, innovatieve en duurzame voedseleconomie kunnen bevorderen.
- Door landbouwsubsidies wordt de prijs van dierlijke producten kunstmatig laag gehouden. Dit zorgt voor oneerlijke concurrentie voor producenten van plantaardige alternatieven. Zorg voor eerlijke prijzen en daarmee een level playing field.
- Gebruik beleid, maar ook bestaande geldstromen zoals het GLB en het Omschakelfonds om boeren te verbinden aan de nieuwe voedseleconomie. Door (mede) grondstoffen te produceren voor kweekvlees en/of vlees-, zuivel- en visvervangers krijgen boeren een handelingsperspectief en een nieuw verdienmodel.
- Prioriteer de nieuwe voedseleconomie in de Kennis- en Innovatieagenda. Buig geldstromen die momenteel gaan naar onderzoek ter beperking van de milieu- en stikstofuitstoot door dierlijke sectoren, om naar wetenschappelijk onderzoek in technologische innovaties van plantaardige of celgekweekte alternatieven voor vlees, vis en zuivel. Neem hierin specifiek onderzoek mee naar algen als voeding voor cellen en naar mycelium als afvalverwerkers.
Ondertekenaars
De brief is ondertekend door ProVeg en 17 bedrijven en maatschappelijke organisaties.